Toch nog op vakantie…

Toch nog op vakantie als je 85 en bijna 90 jaar bent…
 Al dertien jaar zorg ik voor onze dochter die cerebrale parese heeft. Ik ben mantelzorger. Dat weten we niet anders. Onze oudste dochter is jong mantelzorger, ook heel gewoon. Zij is dat ook volledig gewend. Even iets van de vloer oprapen wat haar zusje heeft laten vallen; even aan haar polsen of knieën voelen, moet ze een vest aan of juist iets uit? Even die steen of stok aan de kant schoppen zodat zij niet zo hobbelt met haar rolstoel. Dus mantelzorgen zijn we gewend, daar is ons leven op ingericht, daar is de auto op ingericht, daar zijn onze vakanties op ingericht.

En als dan je vriendin heel complexe botbreuken oploopt bij een heel stom ongeval, dan ga je haar helpen. Want ze kan nu niet de trap op, ze kan zich niet douchen, ze kan geen spullen boven pakken, ze kan geen autorijden en in het begin ook niet zelf brood smeren. Dus al sinds maart ga ik vrijwel iedere week een dagdeel naar haar toe om te helpen, planten water geven, de was doen, haar haren doen, vuilnis wegbrengen, kleding naar beneden brengen, medicijnen ophalen, een rondje met haar rijden, haar seizoenstafel gezellig maken en haar naar fysiotherapie of het ziekenhuis brengen. Dat past nog wel in ons leven, dat past er wel bij in de agenda en het is nog gezellig ook! We genieten van het lekkere weer en de zomer komt eraan. Dus nu ook klusjes buiten.

Ik dacht aan mijn ouders, die inmiddels al 85 en bijna 90 zijn. Ze zouden nog zo graag op vakantie gaan maar op die leeftijd werkt niet alles meer zo goed mee. Ze kamperen al sinds hun huwelijk in 1966, samen op de motor, naar Duitsland met een klein tentje en later jarenlang met mij en mijn broer en zus naar Zwitserland met de vouwwagen. Later werd het een caravan. En nu nog steeds hebben ze een caravan. Maar door veel medische problemen bleef die in de stalling staan.

Voor onze jongste dochter bouwden we een badkamer en slaapkamer aan ons huis en daardoor paste de caravan niet meer tussen de schuur en de aanbouw door. Dertien jaar geleden kampeerden ze nog achter in onze tuin. Dat zou nu ook zo leuk zijn. En zo bedacht ik dat dat wel kan met het caravannetje van mijn vriendin. We gingen alles opmeten en toen stelde ik het voor aan mijn ouders, maar dat wilden ze niet! Maar het plan begon wel te kriebelen bij mijn vader. Hij ging stilletjes de caravan opmeten en wilde toen ineens weten hoe breed ons tuinhek was…
En jawel! Het ging gebeuren. Niet achter in de tuin, maar vóór de schuur paste de caravan wél! Hun eigen caravan. Vol met de vertrouwde spulletjes. Hun eigen bed. 16 juni was het zover. Ik haalde de bloemen, de scootmobiel en elektrische fiets op met onze rolstoelbus. Mijn vader en moeder kwamen daarna met de caravan. Passen en meten en met de ‘mover’ perfect op zijn plek gezet.
Heerlijk dat het zo kan. En voor mij nog wat extra mantelzorgen. Watertank bijvullen, rollator klaarzetten in de ochtend. Na een drukke dag papa het trapje ophelpen, mijn moeder meenemen naar een concert van Concordia en helpen zoeken waar de sleutels nu weer gebleven zijn. Even extra eten koken als ze rond vijf uur in slaap gevallen zijn, zodat ze gelijk kunnen aanschuiven en opletten dat ze voldoende drinken en ingesmeerd zijn met zonnebrand. En verder gezellig samen eten, we laten ons trakteren op taart en geven hun een ijsje na het eten. Ik pluk wat bloemetjes voor op de tafel en we kletsen gezellig bij ieder kopje koffie.
Ook de medische zorg die mijn vader nodig heeft kon gewoon geregeld worden door Buurtzorg.
Dus mede door deze zorg is het een geslaagde vakantie geworden van twee weken, misschien in het najaar weer?
Margrethe